Naar een verkeersveiliger Eeklo

Een autoverkeer van ‘geleidelijke (maar snellere) doorstroming’ en een Eekloos pact met de fietser en de voetganger

Eeklo verlangt

  1. Het klimaat op onze planeet dwingt ons ‘anders te gaan leven’: honderden leerlingen, de inwoners en ‘gebruikers’ van deze stad (werknemers, ondernemers, gasten) hebben recht op meer verkeersveiligheid in het centrum. Ze komen op straat voor ‘klimaatvriendelijkheid’ maar een fietsvriendelijk Eeklo zou al heel wat ‘uitstoot’ tegengaan. Fietsers en voetgangers lopen het meeste levensgevaar in het verkeer, daar zijn geen wetenschappelijke studies voor nodig. Dus: bescherm ze, scherm ze af van het autoverkeer. Bovendien: zo krijg je meer fietsers en voetgangers op straat. (=minder parkeeroverlast, het ‘heilige getal’ van 17.000 auto’s die door de stad razen naar beneden)
  2. Koning auto ‘anders bekeken’: stel dat er tussen de stadsgrenzen geen lichten zouden staan maar gekozen wordt op alle punten voor de rotonde en de ovonde, met korte oversteekmomenten voor fietser én wandelaar, dan zal de auto zeker trager moeten rijden, maar het is ook bijna zeker dat diezelfde auto vlugger van de ene kant van Eeklo naar de andere kant geraakt. In de huidige situatie moet je op deze afstand gegarandeerd twee keer voor de verkeerslichten gaan staan, reken zelf maar uit. Dit principe noemen we ‘de geleidelijke doorstroming’ (zie Sijsele, zelfde N9).
  3. De vervoerswijzen veranderen: in grote steden als Kopenhagen en Gent, maar ook bijna alle kleine Nederlandse steden is de auto geweerd uit het centrum. Als ‘doorgangsstad’ is dit bijna onmogelijk in Eeklo, maar of er nu persé een dodelijke autostrade door een stadscentrum moet lopen (bijna de enige viervaksweg tussen Gent en Brugge, op een stukje Lovendegem na!) is een andere vraag. Deze principes krijgen in het moderne verkeer steeds meer ingang:
  • <800 meter? De voetganger op nr. 1, fiets op nr. 2
  • <5 km? Fiets op nr.1, Elektrische fiets op nr. 2, Auto op nr.3
  • <15 km? Auto op nr. 1, sterke groeier Elektrische fiets op nr. 2, Openbaar Vervoer op nr. 3
  • Van Gent tot verder? Auto op nr. 1, Trein op nr. 2, Pedelec op nr. 3

Verder hoeven we niet te gaan, want niet relevant voor Eeklo. Maar dit is de evolutie en mits felle inspanningen inzake openbaar vervoer kunnen we de rol van de auto vermoedelijk op stadsniveau nog terugdringen (wat het klimaat ten goede zou komen). Maar hierover meteen meer.

Eeklo omarmt (quick wins)

Momenteel is Eeklo een echte autostad en dat gaat ten koste van de veiligheid voor de fietser en voetganger. De feiten dwingen onze stad om hier DRINGEND iets aan te doen en onze fietsers en wandelaars te omarmen. Immers: in een straal van 5 km zijn het de voetgangers en fietsers die de belangrijkste verplaatsingen realiseren.

Volgende maatregelen kunnen zonder gigantisch veel kosten gerealiseerd worden maar geven een duidelijk teken aan de fietser en voetganger dat Eeklo het meent (zonder de auto te bannen):

  1. Schoolomgeving: Uitbreiding Zone 30 en principe FIETSSTRAAT  in alle Eeklose schoolgebieden met speciale aandacht voor de assen Zuidmoerstraat-Moeie, Opeisingstraat-Eeklostraat en Colruyt-Rotonde Peperstraat. Voor de assen rond College OLV Ten Doorn en rond het Atheneum moet het zelfs mogelijk zijn om (eventueel tijdelijk op schooldagen) die as te knippen zodat deze wegen niet meer als doorgangsweg kunnen gebruikt worden. Indien niet haalbaar/bespreekbaar moet het verkeer hier zwaar afgeremd worden. Zone 30 moet infrastructureel afgedwongen worden.
  2. De Smalle Straatjes: Ze zijn het kenmerk van Eeklo, beetje onbekend, beetje onbemind. Maar prachtig zijn ze. Ook hier moet Zone 30 infrastructureel afgedwongen worden en worden deze straatjes de facto FIETSSTRAAT, waar de auto, als gast na de voetganger en de fietser, nog welkom is.
  3. De Bebouwde Kom: In de zone ‘Bebouwde Kom’ waar de auto 50 km per uur mag rijden (en dat is een heel groot deel van Eeklo) MOET de fietser afgescheiden worden van het autoverkeer. Zone 50 is immers een dodelijke zone. Wat is een goede afscheiding: 1 meter afstand, een groene haag, geparkeerde auto’s, een verhoogde berm van 15 cm. Wat zijn voorbeelden van ‘geen goede afscheiding’: Kriekmoerstraat, Oostveldstraat grens Lembeke tot aan Sportlaan, de huidige Koning Leopoldlaan… Een tweede belangrijke actie die geen geld kost binnen de bebouwde kom is een ALGEMEEN INHAALVERBOD. Het is ronduit absurd om inhalen toe te staan waar je maar 50 km/uur mag rijden.
  4. Buiten de bebouwde kom: de Zone 70 is de zone waar de meeste fietsers sterven. Ook hier is afscheiding autoverkeer/fietsverkeer een MUST. Op de kleine landbouwwegen rond Eeklo, genre Kruiskensstraat, moet op korte termijn gekeken worden of een ‘knip’ (zie Antwerpse Heirweg) of éénrichtingsverkeer niet moet doorgevoerd worden om het sluipverkeer definitief weg te halen. In die zin is de oplossing ‘Antwerpse Heirweg’ de meest galante oplossing, want ze laat de landbouwer toe zijn job te doen (en de tractor blijft uit de stad weg). Over de richting van eventueel éénrichtingsverkeer. Als je de richting naar de stad kiest, dan zijn het meestal buurtbewoners die de weg kennen en hou je de echte sluipers richting stad weg. Omgekeerd moeten de sluipers dan gewoon de invalswegen gebruiken die daarvoor gemaakt zijn.
  5. Aanpak openbare werken: als er één aspect is waar de burger het nodig acht om mee zijn zegje over te doen, dan is het toch wel de toestand van de eigen straat, de verkeersveiligheid voor zijn eigen deur, de groeninplanting en de aanpak van de werken. Dat zijn geen gemakkelijke gesprekken. Maar Eeklo zet een stap vooruit wanneer daadwerkelijk dat gesprek wordt aangegaan bij werken. Betrek de buurt bij elk openbaar werk en ontwikkel hier een efficiënte methodiek voor. Er zijn gemeentelijke voorbeelden genoeg, zelfs bij de buren…
  6. Voet tussen de deur bij De Lijn en NMBS: meer en beter openbaar vervoer. Van een centrumstad als Eeklo mag verwacht worden dat ze bij de instanties van het openbaar vervoer met de vuist op tafel slaan. Of dat ze op zoek gaan naar privé-initiatieven die mobiliteitsoplossingen aanbieden. Daarbij moet afstandsoverbrugging tussen de parkings aan de rand tot in het centrum en richting stadskantoor én kliniek centraal staan. Hoe meer mogelijkheden je aanbiedt, hoe meer auto’s je uit het centrum haalt.

Eeklo engageert zich (de investeringen)

Het is duidelijk dat Eeklo qua wegennet ook aan vernieuwing toe is. Er zijn al stappen gezet en investeringen die toe te juichen zijn (zoals de Peperstraat) werden afgewisseld met onbegrijpelijke beslissingen zoals Oostveldstraat en Kriekmoerstraat. Bij die investeringen moet de aandacht voor de fietser en voetganger PRIORITEIT krijgen.

  1. Zorg voor geleidelijke doorstroming: het valt op dat waar rotondes zijn aangelegd (de ovonde, Tieltsesteenweg, watertoren) de doorstroming van het autoverkeer veel vlotter verloopt. In de overtuiging dat de grote verkeerslichten in het centrum net voor meer verkeersagressie en -frustratie zorgen in Eeklo dan iets anders, moet de stad in de eerste plaats vanaf Lembeke en Waarschoot tot in Adegem zorgen dat rotondes/ovondes de auto op een rustige manier de kans geven om voortdurend vooruit te komen. Denk op alle kruispunten met lichten of moeilijke voorrang van rechts aan rotondes en de oplossing is gevonden. Het is zo dat in het centrum nog steeds uitzonderlijk vervoer (Buyck) moet door kunnen, maar met een goed geconcipieerde rotonde is dat zeker mogelijk, na de creatie van de ovonde zijn er geen excuses meer. Dit is een oplossing voor veel Eeklose knelpunten die moeten aangepakt worden: Station/Oostveldstraat, Den Teut, Balgerhoeke, Station/Zuidmoerstraat… En net als bij de ovonde zorg je voor de zwakke weggebruiker door de oversteekplekken te scheiden en zo klein mogelijk te maken. Concreet wil deze keuze zeggen dat er afgestapt wordt van ‘de grote knip’ in het centrum. Op zich een idee om te onderzoeken, maar wellicht zou die eerder contraproductief werken. De lijnstructuur van de stad Eeklo staat haaks op het idee, Sijsele bewijst dat trage doorstroming wel werkt: Je rijdt ongemerkt kalmpjes (vaak 20 of 30 per uur) het centrum door richting Brugge en voor je het weet ben je aan de andere kant. De zwakke weggebruiker is er ver (en dus veilig).
  2. Fietswegen: trek de fietsverbinding Eeklo-Zelzate en Eeklo-Waarschoot door richting Balgerhoeke en Adegem. Dit los van afgescheiden langs de Leopoldlaan en door het centrum. Je biedt aan de fietser snelle en aangename oplossingen, dus redenen om de auto thuis te laten staan. Voor wandelaars zijn dit oases. Zorg hier ook voor groene tunnels die de stad dwarsen zoals met de spoorlijn Eeklo- Zelzate goed aan het lukken is.
  3. Durf op 1 rijvak te gaan: vier vakken in het centrum is niet meer van deze tijd. Gebruik de zijvakken waarvoor ze oorspronkelijk bedoeld waren: laad- en losruimte. Om het met een holle slogan te zeggen: “Stop de autostrade!”
  4. Parkeren in het centrum: begin met een status quo van het aantal bestaande plaatsen. Meer veilig fietsen en wandelen in het centrum zal op termijn zorgen voor minder nood aan parkeerplaats. Behoud de tarieven.
  5. Koop 7 km ‘streekeigen’ hagen en plant ze tussen auto en fietser: mocht er nu eens 5 km haag bijkomen in Eeklo die op invalswegen en zelfs in het centrum als buffer geplant wordt tussen autoverkeer en fietsverkeer. 5 km lijkt lang maar als je alle opritten van Eeklo samentelt, is het zo dat per straat maar enkele stroken van tientallen meters nodig is om de straat groener, veiliger en diervriendelijker (kleine vogeltjes) te maken. In Waarschoot zijn enkele schitterende voorbeelden te vinden. Voor het autoverkeer betekent het ook een versmalling van de weg (en dus een natuurlijke afremmer). Overtuigd dat er middelen bij Vlaanderen te vinden zijn om deze investering buiten de stadskas te houden (zie sociale economiebedrijven).
  6. Koop vijftig bloembakken: gebruik die in heel Eeklo als obstakel om de auto trager te doen rijden. Zowel in fietsstraten als op de toegangswegen duid je de automobilist aan, dat het trager moet maar ook hier is ‘geleidelijke doorstroming’ belangrijk. Is herkenbaar en zorgt voor oplettende chauffeurs.
  7. Investeer in openbaar vervoer als De Lijn het niet doet: de wandelbusjes van Gent zijn nog niet helemaal ingeburgerd, maar hopelijk komt weldra de dag dat we dit systeem ook in Eeklo niet meer dan normaal gaan vinden. Mobiliteitsspecialisten voorspellen zelfs dat deze busjes binnenkort zelfs zonder chauffeur de navette kunnen doen. Tussen de kliniek en het station, is dat geen mooie droom?
  8. Leid fietser en wandelaar door efficiënte bewegwijzering